Een nieuw onderzoek, dat gepubliceerd is in de Journal of Trust Research, onthult hoe de raad van bestuur met het wangedrag van hun CEO moet omgaan.
Twee scenario’s
Deskundigen hebben onderzocht hoe het publiek reageert op twee verschillende oplossingen vanuit het bestuur: het ontslaan van de CEO of het afdwingen van publieke excuses. Ze ontdekten dat beide tactieken het vertrouwen in de organisatie verhogen, maar wel op verschillende manieren.
Bij het ontslaan van de directeur neemt het bestuur afstand van zijn wangedrag, waardoor de reputatie van de organisatie intact blijft. Maar in de gevallen waarin de CEO blijft en publiekelijk zijn verontschuldigingen aanbiedt, kan dit welwillendheid bij de doelgroep tonen. Dit herstelt ook het vertrouwen in de organisatie.
Beslissingen van de raad van bestuur
De onderzoekers kwamen tot deze conclusie na een experiment met 87 deelnemers. Hierbij speelden ze een waargebeurde situatie na waarin een CEO van een bedrijf uit de Fortune 500 overschrijdend gedrag vertoonde. Vervolgens analyseerden ze de reacties van de deelnemers op twee gebruikelijke bestuursbeslissingen. Deze testen werden uitgevoerd met behulp van video’s en krantenartikelen.
Wangedrag van de CEO
Onderzoeker Cecile D. Cooper, universitair docent management aan de University of Miami, ziet wangedrag van de CEO als een veelvoorkomend probleem: “Overschrijdend gedrag van de CEO, zoals handelen met voorkennis of bedrijfsfondsen gebruiken voor persoonlijke doeleinden, komt helaas erg vaak voorbij in de zakelijke pers. Wij hebben ondervonden dat de reactie van de raad van bestuur essentieel is bij het oplossen van dit soort situaties.”
“Het bestuur kan verschillende signalen afgeven met tactieken als het ontslaan van de CEO en het afdwingen van publieke excuses. Dit soort acties zijn van cruciaal belang voor het herstellen van het vertrouwen in de organisatie en de CEO zelf.” Cooper sluit af: “Beide strategieën kunnen het probleem oplossen maar als de bedoeling is dat de CEO blijft, dan moet hij wel degelijk door het stof gaan.”