Bij discussies over de toekomst van het klimaat ligt het zwaartepunt vaak bij technologische oplossingen. Ecologie en economie zijn uit elkaar gegroeid. Natuur en milieu worden uitgebuit, terwijl de vraag naar voedsel, water en brandstof toeneemt. Is het tij nog te keren?
Degradatie van ecosystemen
Ons ecosysteem degradeert in ijltempo. Daarom zou de mensheid het als de belangrijkste uitdaging van deze eeuw moeten zien om dat een halt toe te roepen, vindt Willem Ferwerda. Hij is ecoloog en oprichter van Commonland, een stichting voor wereldwijd landschapsherstel. Herstel van onze relatie tot de natuur in samenhang met de ecosystemen vormen volgens hem de kern van duurzaamheid, want voor voedsel, water, schone lucht en een stabiel klimaat zijn ecosystemen van onschatbare waarde. Niet alleen voor sociale en economische rijkdom, ook voor menselijk geluk en welzijn zijn ze onontbeerlijk. Volgens Ferwerda is het onmogelijk om zinvol te praten over het uitsterven van plant- en diersoorten, de dreiging van extreme droogte, het gevaar van overstromingen, de bestrijding van armoede of de aanpak van het vluchtelingenprobleem, zonder daarbij naar de functie en werking van ecosystemen te kijken. Aantasting van die systemen levert verlies van biodiversiteit, banen en economische activiteit op. Ecologische renovatie is daarom in alle opzichten van belang, niet in de laatste plaats voor onze economie.
Gloeiende plaat
Nu lijken de discussies vooral te gaan over technische oplossingen. Van een allesomvattende visie is nauwelijks sprake, stelt Ferwerda. Een voorbeeld zijn de plannen van het kabinet om CO2 onder de grond op te slaan. “Typisch een manier waarop ingenieurs te werk gaan. Niks mis mee, maar deze aanpak lost problemen zoals ontbossing niet op.” Dat geldt ook voor de ontwikkeling van elektrische auto’s, de bouw van windmolenparken en de installatie van zonnepanelen. Druppels op een gloeiende plaat, en die verdampen nu eenmaal snel. “Bij het oppakken van duurzaamheidszaken ontbreekt een geïntegreerde langetermijnaanpak waarin verschillende disciplines samenkomen. Juist daarbij kan ecologie helpen.”
Herstel van biodiversiteit moet dus prioriteit krijgen, maar wat is dat precies en waarom is het zo belangrijk? Biodiversiteit is de verscheidenheid van al het leven, de enorme rijkdom van planten, dieren en micro-organismen die met elkaar het leven van de aarde vormgeven, legt de ecoloog uit. Natuurlijk kapitaal wordt dat genoemd, en onze economie, ons welzijn en onze creativiteit zijn daarop gebaseerd. Ferwerda waarschuwt voor de snelle afname van die biodiversiteit, terwijl deze juist zorgt voor veerkracht van onze economie en daarmee van onze samenleving.
Bij die verscheidenheid aan levensvormen moet niet alleen gedacht worden aan dieren en planten die we om ons heen zien. Ook micro-organismen, insecten of het leven diep in de oceaan maken er deel vanuit, legt Ferwerda uit. Regenwouden, koraalriffen, bossen en bodems zijn gebieden met een rijke biodiversiteit. “Dat is de basis van ons voedsel. Gewassen en dierenrassen die we eten komen allemaal uit de natuur, maar dat is niet het enige.” Biodiversiteit in de bodem en rond landbouwgebieden zorgt dat er minder chemische stoffen nodig zijn. Bossen en een natuurlijker landbouw regelen het klimaat, houden vocht vast, hebben een verkoelende werking en binden CO2.
Levensweb
Verbinding, uitwisseling en variatie vormen volgens de ecoloog het geheim van biodiversiteit. Dat zien we bijvoorbeeld in de manier waarop dier- en plantsoorten met elkaar zijn verweven en bij hun wederzijdse afhankelijkheid. Dat de mens daar onlosmakelijk deel van uitmaakt zit nauwelijks in ons bewustzijn. Op aarde leven naar schatting vijftig miljoen soorten planten en dieren, maar de laatste tientallen jaren sterven soorten sneller uit dan ooit tevoren. Daarmee wordt ons ‘levensweb’, zoals Ferwerda het noemt, en daarbij de basis van onze economie steeds zwakker.
Wat dat voor gevolgen heeft, is volgens hem de afgelopen decennia zichtbaar geworden. Ontbossing, overbevissing, erosie en uitputting van de vruchtbaarheid van de bodem zorgen ervoor dat mensen massaal wegtrekken van bepaalde plekken. Daardoor ontstaan desolate, ontvolkte gebieden op de ene plek en is sprake van overbevolking op de andere.
Minder insecten
Dat het slecht is gesteld met de biodiversiteit wordt onder andere bevestigd door wetenschappers van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Die stelden onlangs vast dat in Duitse natuurgebieden ruim drie kwart minder insecten rondvliegen dan dertig jaar geleden. Die teruggang is veel groter dan eerder werd gedacht en is in Nederland vermoedelijk net zo groot, want na de Tweede Wereldoorlog is ook hier de biodiversiteit in razend tempo afgenomen. Door ruilverkaveling, het gebruik van bestrijdingsmiddelen en het verdwijnen van leefgebieden stierven soorten uit. Door schaalvergroting en toenemende productiedruk per hectare verdwenen gevarieerde landbouwsystemen in landschappen die via heggen, boslinten en waterwegen met elkaar in verbinding stonden.
Net als overal in de wereld, heeft dat er in Nederland toe geleid dat de bodem die boeren aan hun kinderen doorgeven, in een slechtere staat verkeert dan toen zij die erfden van hun ouders. “Kijk om je heen”, zegt Ferwerda, “en je ziet landschappen verschralen en lelijker worden.” De ooit zo vruchtbare bodem verandert in een groene woestijn. Weidevogels hebben het steeds moeilijker of verdwijnen helemaal. Hoe vaak is hier nog een grutto te horen?
“We zijn in een nieuwe fase beland waarin herstel van biodiversiteit onze economie en de samenleving wereldwijd gaat bepalen. Overal in de wereld zie je dat de eerste stappen worden gezet.”
Verbindingszones
Alleen een businessmodel dat is gebaseerd op een holistische langetermijnaanpak kan volgens Ferwerda zorgen voor een kentering. Op den duur geeft dit een beter rendement, zeker als rekening wordt gehouden met natuurlijke verbindingszones die zorgen voor een daling van risico’s voor investeerders. Ontwikkeling gebaseerd op ecologische principes zoals waterberging, natuurlijke vastlegging van CO2 en minder gebruik van chemische middelen leidt tot landbouw vanuit een breder landschappelijk perspectief. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, zijn boeren zich terdege bewust van de noodzaak daartoe. Er zijn echter nog onvoldoende financiële prikkels om dat toekomstbeeld te realiseren.
Afnemende biodiversiteit is nu meer dan 250 jaar met grote versnelling gaande, maar we staan op een keerpunt. “We zijn in een nieuwe fase beland waarin herstel van biodiversiteit onze economie en de samenleving wereldwijd gaat bepalen. Overal in de wereld zie je dat de eerste stappen worden gezet.” Er valt niet aan te ontkomen dat de prijs van biodiversiteit in alle producten wordt meegenomen. Dat is ook hard nodig, want een landschap zonder biodiversiteit is een landschap zonder ziel. En dat leidt uiteindelijk tot mensen zonder bezieling, aldus Ferwerda.