Van een (gelijke) verdeling tussen mannen en vrouwen binnen organisaties is vaak de gedachtegang dat dit zou leiden tot betere prestaties, dan wanneer de organisatie alleen uit mannen of vrouwen bestaat. De praktijk laat echter een ander beeld zien.
Uit nieuw onderzoek van Hans van Dijk en Marloes van Engen (Tilburg University) blijkt dat aannames en stereotyperingen over waar mannen en vrouwen goed/slecht in zijn de prestaties van organisaties in de weg staan. Vooroordelen wegnemen met Human Library-initiatieven kan dan een oplossing zijn.
Verwachtingen op de werkvloer
Marloes van Engen, onderzoeker Human Resource Studies: “De gedachte dat mannen en vrouwen van elkaar verschillen op een aantal vlakken is eeuwenoud, en wordt om ons heen voortdurend bevestigd. Hierdoor hebben we nogal sterke verwachtingen op de werkvloer over waar mannen goed in zijn, en waar vrouwen goed in zijn. Zo verwachten we dat mannen beter zijn op technische en strategische vraagstukken, terwijl we denken dat vrouwen sociaal vaardiger zijn en beter zijn in ondersteunende taken. Die verwachtingen zijn vaak uitvergrotingen van kleine verschillen tussen groepen. Dat dergelijke verschillen voor een uniek individu helemaal niet op hoeven gaan, is een nuance die we vaak vergeten.”
‘Mannelijke en vrouwelijke taken’
Organisatiewetenschapper Hans van Dijk vult aan: “Onze analyse van eerder onderzoek laat zien dat dergelijke verwachtingen op drie manieren het functioneren van diverse organisaties belemmeren. Ten eerste zorgt het ervoor dat mannen eerder de ‘mannelijke’ taken toegewezen krijgen en vrouwen de ‘vrouwelijke’ taken. Hierdoor blijven de stereotype verwachtingen in stand en kan het gebeuren dat er verkeerde inschattingen worden gemaakt over wie het beste een bepaalde taak op zich kan nemen.”
Van Engen: “Ten tweede beïnvloeden dergelijke aannames het gedrag van diegene die de verwachtingen heeft. Wanneer je denkt dat iemand ergens goed in is, dan ben je eerder geneigd om zo iemand om advies te vragen, en om iemand te geloven. Wanneer je echter denkt dat iemand ergens niet goed in is, dan ben je eerder kritisch naar die persoon toe. Dan zal je het advies van zo iemand dus ook eerder negeren. Dit betekent dat we minder ruimte geven aan mannen en vrouwen op taken die we minder bij hen vinden passen, waardoor hun prestaties belemmerd worden”.
Kritisch kijken naar eigen aannames M/V
“Ten derde beïnvloedt stereotypering ook het gedrag van diegene waar de aannames betrekking op hebben”, stelt Hans van Dijk. “Wanneer je merkt dat je minder steun en ruimte krijgt wanneer je aan taken werkt die men minder bij jou vindt passen, dan heeft dat een demotiverende uitwerking. Daardoor ga je al snel minder goed presteren, of kan het zelfs gebeuren dat je uitgerekend die taken waarin je misschien juist wel uitblinkt gaat vermijden.”
Hoe kunnen organisaties er dan toch voor zorgen dat ze optimaal gebruik maken van diversiteit? Marloes van Engen: “Het is onrealistisch om te denken dat we verwachtingen en vooroordelen op basis van geslacht op korte termijn kunnen veranderen. Maar medewerkers kunnen wel leren om verder te kijken. We zijn geneigd om blind te varen op onze verwachtingen. Maar organisaties kunnen medewerkers aanleren om hun verwachtingen te toetsen. Wat bijvoorbeeld helpt is door jezelf te trainen telkens een stapje terug te doen en kritisch naar je eigen aannames te kijken.”
Human Library initiatieven
Een goed voorbeeld van hoe dat concreet kan gebeuren is volgens Van Dijk het initiatief Human Library. “Bij Human Library krijgen mensen de tijd om in gesprek te gaan met mensen waar ze bepaalde stereotypes en verwachtingen over hebben. In organisaties kan dat bijvoorbeeld een vrouwelijke directeur zijn of een mannelijke secretaresse. Door één op één met hen in contact te komen, kunnen onze verwachtingen worden getoetst en veranderd. Dat is nodig om mensen hun volledige potentiaal in organisaties te laten bereiken en een inclusieve organisatie te creëren, waar organisaties zelf uiteindelijk ook van profiteren. Heineken heeft vorig jaar zo’n Human Library evenement georganiseerd en daar ook een mooie commercial omheen gemaakt.”
Bron: Tilburg University